Trouw zijn aan jezelf in een uniforme wereld
Michiel van der Pols leidde de antiterreureenheid van het Korps Mariniers en werd uitgezonden naar Irak. Ook al was hij een baken in de militaire organisatie en maakte hij op jonge leeftijd de ene promotie na de andere, ergens begon het te wringen. Michiel liep persoonlijk helemaal vast. Een magische ontmoeting met een vrouw opende zijn ogen. Nu presenteert hij een boek waar we allemaal wat van kunnen leren.
Een tatoeage prijkt nog op de binnenkant van zijn arm. De Latijnse tekst komt van Alexander de Grote, die lang lang geleden met zijn olifanten en complete leger de Alpen oversteekt. Over die tocht schijnt Alexander de Grote gezegd te hebben: Aut viam inveniam aut faciam “wat vrij vertaald betekent ‘of er is een weg, of ik maak er één’. Deze wil ik nog een keer weg laten halen”, vertelt Michiel van der Pols. “Het is echt een overblijfsel uit mijn tijd dat ik nog niet wakker was. Ik ben niet zo enthousiast over de maakbaarheid van de uitspraak. Ik laat die maakbaarheid juist steeds meer los en probeer te luisteren naar wat het leven van mij wil.”
Michiel (1977) is doorbraakcoach – coachen met een mix van psychologie, spiritualiteit en Neuro Linguistisch Programmeren, gecombineerd met een flinke dosis no-nonsense en persoonlijke ervaringen. Door zijn geschiedenis als militair komen er veel mensen met hoog-risico beroepen bij hem langs. “Als militair, hulpverlener, brandweerman of een ander hoog-risico beroep zet je je in voor de veiligheid van anderen. Iedere dag weer zweer je trouw aan het hogere doel, maar er is een kans dat je jezelf verliest wanneer je jezelf ondergeschikt maakt aan dat doel.”
Eerder schreef Michiel het boek ‘De Doorbraak’ waarin hij zijn persoonlijke verhaal vertelt. Een verhaal over een jongen die opgroeit in een christelijk gezin, maar waar hij zich onbegrepen en ongezien voelt. Hij wordt naar Defensie getrokken, om maar ergens bij te horen én om de wereld te laten zien dat hij wel degelijk iets in zijn mars heeft. Die kleine onzekere jongen wordt een onverwoestbare militair. Eentje die tijdens de vrije momenten extreem gedrag vertoont; zoals veel drinken en vreemdgaan.
Een magische ontmoeting verandert dat. Michiel is al getrouwd, maar hij kan niet anders dan zijn gevoel volgen; de aantrekkingskracht met deze vrouw is simpelweg te groot. “Ik kende haar niet, maar herkende haar wel. Het was een herkenning op zielsniveau. Alsof we twee magneten zijn, die keihard naar elkaar worden toegetrokken.” Dit opent zijn ogen en hier start zijn reis naar zelfontdekking en vooral ook zelfacceptatie. Hij gaat de confrontatie aan met wat hij al jaren onderdrukte. Hij laat de verwachtingen die anderen van hem hebben los en leert zijn eigen keuzes maken. Uiteindelijk stopt hij met zijn werk in het veiligheidsdomein en wordt doorbraakcoach.
En nu is er zijn tweede boek: ‘Ik zweer trouw – jezelf zijn in een uniforme wereld’. Hierin deelt hij zijn inzichten over hoe psychische problemen in het bijzondere werkveld van militairen, politieagenten, brandweermannen en andere hoog-risico beroepen voorkomen kunnen worden. Natuurlijk, de naam van Michiel staat op de cover, maar dit is niet alleen zijn verhaal. Zeven andere veteranen en politiemensen delen hun persoonlijke verhaal in het boek en dit wordt aangevuld met tientallen anonieme voorbeelden uit de coachpraktijk van Michiel. Een belangrijke rode draad in al die verhalen: veel mensen in deze sector hebben in hun jeugd afgeleerd om trouw te zijn aan zichzelf.
Je vertelde mij vooraf dat je het spannend vindt om het boek Ik zweer trouw te presenteren. Waarom eigenlijk?
“Door mijn verleden als militair word ik nog steeds gezien als één van de militaire familie. Ik draag dat nog steeds een warm hart toe. Maar ik ben wel het familielid dat zich anders gedraagt dan de rest van de familie. Het spannende voor mij is: wat gaat die familie vervolgens doen? Gaat die familie mij verstoten of gaat die het geluid dat ik deel ook aannemen?”
Zit daar ook jouw vroegere pijn in, die je kort in het boek beschrijft?
“Mijn eigen trauma zit in het feit dat ik mij als kind niet echt begrepen voelde in het gezin waarin ik opgroeide. Ik was de derde van vier kinderen en miste de aansluiting. Ik denk dat ik mij als kind – na een aantal teleurstellingen – heb voorgenomen om afstand te nemen om verdere teleurstellingen te voorkomen. Ondanks dat het geen nare omgeving was om op te groeien.”
“En trauma klinkt heel zwaar, maar hoe je opgroeit kan bepalend zijn hoe je later gaat reageren in bepaalde situaties. Als kind reageer je op de context waarin je wordt geboren. De vraag is: blijf je in die context dicht bij jezelf of ga je je aanpassen? En als je je gaat aanpassen, dan is er in mijn perspectief sprake van een vorm van trauma, want je bent niet trouw aan jezelf, maar aan je omgeving. En natuurlijk; wanneer je opgroeit in een gezin waar er sprake is van geweld, verslaving of iets anders groots; dan kan je dat trauma heel duidelijk beetpakken. Dan snap je: ‘maar dat was niet normaal en daarom heb ik mijn gedrag aangepast’. Maar wanneer het zo fijnmazig is, zoals dit bij mij is geweest dan is het veel lastiger om dit trauma te herkennen. Dat is overigens voor heel veel mensen zo. Iedere jeugd is uniek en ieder kind reageert daar op een unieke manier op. Ik heb er veel werk in moeten verzetten om hierachter te komen.”
En wat is dat werk geweest?
“Nadenken. Afstand nemen. Analyseren. Mij verdiepen in psychologie, maar ook ‘stil’ gezet worden eigenlijk. Dat gebeurde door de ontmoeting met mijn tweede vrouw. Ik voelde direct: bij jou ben ik een versie van mezelf die ik jaren geleden verstopt heb. Ik zei ook letterlijk tegen haar ‘ik heb die Michiel gewoon gemist’. Ik heb mezelf gemist – dat wist ik niet en bij haar kwam ik erachter.”
Wat maakte dat je die Michiel niet was bij je eerste vrouw?
“Het is altijd een samenspel tussen individuen en zij triggerde mij om mezelf aan te passen, zoals ik dat gewend was als kind te doen. Dat lag helemaal aan mezelf. Het is echt cruciaal dat je altijd naar jezelf kijkt. De wereld is niet altijd even aardig, maar de crux is; hoe ga je daar zelf mee om. Wanneer je je altijd aanpast aan de ander, dan doe je het zelf niet goed.”
En waarom is jezelf aanpassen niet goed?
“Natuurlijk mag je rekening houden met de ander, maar wanneer je je onbewust aanpast en je niet waarneemt in jezelf wat jij nodig hebt, dan ligt de focus op de buitenwereld en ga je jezelf voorbij. Je leert dan niet om te doen wat goed voor jou is. Dat is ook mijn idee rondom PTSS voor hoog-risico beroepen; het is een verkeerde reactie op iets heftigs dat je meemaakt. Wanneer jij leert om te doen wat goed voor je is, wanneer je leert je te uiten én open te zijn, dan hoeft een heftige gebeurtenis helemaal niet traumatisch te zijn. Want dan zeg je tegen je leidinggevende ‘luister, het gaat even niet’. Heb je als kind niet geleerd om jezelf serieus te nemen en voor jezelf te staan? Dan kunnen heftige incidenten de druppel zijn die de emmer doen overlopen, omdat je al jarenlang jezelf niet serieus hebt genomen en daardoor onbewust onder stress staat.”
In je boek beschrijf je dat aanpassingsgedrag ook een bron kan zijn voor verkeerde drijfveren; dat je motivatie niet uit jezelf komt, maar doordat je bijvoorbeeld gezien wilt worden door je omgeving.
“Klopt, dan ben je eigenlijk op zoek naar bevestiging en erkenning, buiten jezelf. En dan is die buitenwereld leidend. Je bent aan het overleven. En begrijp me niet verkeerd: dat doen mensen niet expres, ze hebben als kind gewoon afgeleerd om wel goed naar zichzelf te luisteren.”
We leven in een wereld met social media en prestatiegericht denken. Zijn we niet allemaal aan het overleven?
“Die buitenwereld is zo aan het schreeuwen, ook met social media, dat steeds meer mensen altijd maar op die buitenwereld gericht zijn. En je eigen gevoel ergens op de achtergrond fluistert. De hele transitie die we als maatschappij eigenlijk moeten maken is dat we veel meer gaan kijken: wie ben jij als uniek mens en wat past bij jou? Hoe gaan we jou helpen om jouw unieke pad te bewandelen? Je mag leren je eigen gevoel, mening en behoeftes serieus te nemen en leidend te maken. Dan is de binnenwereld leidend en niet de buitenwereld.”
En dit boek helpt daarbij?
“Dit boek past in een beweging die overal in de maatschappij gaande is, maar nu ook hoog-risico organisaties raakt. En dat is een beweging naar meer authenticiteit, openheid en kwetsbaarheid. En daar wordt het spannend, want je kunt ook de vraag stellen: zijn die hoog-risico beroepen wel gebaat bij medewerkers die meer hun authentieke zelf zijn en veel meer naar hun gevoel luisteren? Want er lijkt in deze sector nog meer spanning te staan op ‘jezelf zijn’ dan waar dan ook.”
Waarom?
“Ik denk dat er binnen veel hoog-risico organisaties, zoals Defensie, een cultuur heerst van ‘je hebt maar te doen wat wij van je vragen’. Daar zijn ze juist op zoek zijn naar mensen die ‘lekker kneedbaar’ zijn. Ik heb het vroeger zelf ook gezegd. Ik snap dat wel, want wanneer je in de frontlinie staat, dan hangt je leven af van de ander. Dus je moet op die ander kunnen bouwen. De overtuiging kan zijn dat wanneer militairen in vredestijd alles uniform hebben gedaan, we dat in oorlogstijd ook gaan doen. Maar dat is een mindfuck. Juist in oorlogstijd, onder stress, komt die authentieke zelf naar boven. Dan kun je niet meer toneelspelen. Dan komt die echtheid van je juist naar boven.”
Heb je dan ook het tegenovergestelde gezien? Dat mensen in training alles goed doen en dan onder hoge stress ontmaskerd worden?
“Dat heb ik zeker gezien. Gasten waarvan ik dacht; die zijn bad ass, die zag ik daarna onder hoge stress dingen doen waarvan ik dacht: hé, wat doe jij nou? Ik heb hele grote stoere gasten heel klein zien worden, maar ik heb ook hele rustige gasten – die niet zo opvallen – dingen zien doen, waarvan ik dacht: ‘zo, op jou kan ik bouwen’. Dus ik pleit erg voor: kijk naar ieder unieke persoon én geef mensen het vertrouwen om authentiek te zijn, want dat geeft mij, als militair, ook vertrouwen. Hoe authentieker, hoe meer vertrouwen ik in die persoon heb, omdat ik dan weet hoe ze onder hoge stress zullen zijn.”
Ik begon aan je boek met de aanname dat het vooral over de hoog-risico beroepen zou gaan, maar zelf herkende ik zoveel. In die zin heeft het boek mij enorm verrast.
“Dat is leuk om te horen. Het belang om trouw te zijn aan jezelf geldt natuurlijk voor iedereen. Ik gaf ergens een lezing daarover en met een brok in mijn keel had ik het over kwetsbaarheid. Na afloop kwamen er twee oud-collega’s van Defensie naar mij toe. Die vertelden mij: ‘We liepen vroeger met een grote boog om je heen. We waren gewoon bang voor je. Wat is er met je gebeurd man?’. ‘Ik ben mezelf geworden’, antwoordde ik.”