Angst voor de klimaatcrisis? Zo zet je je zorgen om in actie
Inmiddels is 80 procent van de samenleving doordrongen van de gevolgen van klimaatverandering. Die zijn angstaanjagend, en omdat wij diep van binnen nog steeds weekdiertjes, amfibieën en apenrots-beklimmers zijn, belanden we bij dreiging in hetzelfde gedrag van vluchten, vechten, bevriezen of meelopen. Hoe doorbreken we deze angstmechanismen, zodat we werkelijk wat kunnen doen?
De klimaatdreiging hangt in de lucht en velen van ons verzanden in apathie – we sluiten onze ogen en wachten tot de grond onder ons instort. Anderen zijn aan het alarmeren geslagen in de hoop iedereen te activeren of gaan met elkaar in gevecht. En steeds meer mensen hebben het over emigreren. Misschien moeten we naar Nieuw-Zeeland? Zelf zie ik Costa Rica wel zitten. Of ze trekken zich terug in een yurt op een Nederlandse camping.
Meelopen, vluchten, vechten of bevriezen: het draagt niet wezenlijk bij aan de creatie van een nieuwe, betere wereld. En dat komt door het meest basale onderdeel van ons dier-zijn: ons autonome zenuwstelsel dat ons bestuurt in onveilige situaties. Hoe kunnen we onszelf van deze angst mechanismen bevrijden om wél iets te doen aan de klimaatcrisis?
Een kleine evolutie van onze angst
De basis van onze angst mechanismen werd gelegd toen we nog weekdieren waren. Voor een weekdier zit er niks anders op dan verstenen als er gevaar dreigt, in de hoop niet op te vallen en met rust gelaten te worden. Als ons autonome zenuwstelsel overweldigend grote dreigingen waarneemt, vallen we hierop terug en worden we weer een weekdier.
Pas later in de evolutie werd de vecht-vlucht reactie aangelegd. Toen we bewegende dieren werden, ontstond de optie om weg te zwemmen. En toen we aan land kwamen als amfibie leerden we vechten in onveilige situaties.
De meest recente toevoeging aan het arsenaal van reacties kwam toen we zoog- en groepsdieren werden. De zogende moeder en kind zijn kwetsbaar, de groep biedt zorg en bescherming. Dreig je verlaten te worden of buiten de groep te vallen dan spoort je zenuwstelsel je aan tot gedrag om erbij te blijven horen. Zoals bondgenoten zoeken om de band te herstellen; meelopen met de dominante leider, of zélf de apenrots beklimmen. Buiten de groep voelt het – onbewust – levensbedreigend.
Het weekdier in onszelf en anderen herkennen
Deze beschermende mechanismen zijn nuttig als levensbedreigingen direct voor onze neus staan. Maar ook wanneer we bedreigingen via de media te zien en horen krijgen, schieten we in dezelfde patronen. Ons zenuwstelsel ‘snapt’ niet dat het beelden zijn, wat betreft ons zenuwstelsel staat de dreiging wél direct voor onze neus. Het jammere is: hier hebben we geen controle over. Het autonome zenuwstelsel heet zo omdat het zelfstandig is: het opereert volledig buiten ons bewustzijn om.
Wat wel kan is leren herkennen wanneer we terugvallen naar weekdier, amfibie of apenrots-beklimmer. En de juiste dingen doen om tot rust te komen. Zodat we daarna kunnen reageren vanuit recenter ontwikkelde zenuwstelsel paden van ons dier-zijn. Zoals reflecteren; liefde voelen; verbinden met elkaar en co-creëren. Met die vermogens kunnen we ‘weefdier’ worden: ieders unieke talenten samen weven om de betere toekomst die we voor ons zien mogelijk te maken.
We worden weefdier als we ons veilig voelen en om daar te komen, moeten we ons zenuwstelsel terug leren brengen naar verbinding en samenwerken. In vier stappen kun je leren hoe:
Stap 1: Herken je weekdier
Ineens een weekdier worden, dat hou je niet tegen. Maar ben je eenmaal in apathie vervallen, dan kun je de signalen daarvan leren herkennen. In je lijf, in je gedachten en in je gevoel. Een kleine greep uit die lijst signalen:
- In het lichaam: Ben ik wit weggetrokken? Zijn mijn ogen ‘leeg’? Mijn stem monotoon? Mijn spieren overal strak gespannen, of juist slap?
- In de emoties: Voel ik me mat, verdoofd, emotieloos, levenloos, wanhopig of ingestort? Heb ik benul dat ik juist enorm iets zou moeten voelen, maar voel ik niks?
- In de mind: Lijkt alles onecht, alsof ik naar een film kijk?
Signalen herkennen vergt enige oefening. Met de volledige checklist van symptomen in de hand kun je dagelijks je bewustzijn trainen om te merken: heb ik dit nu?
Naarmate je bewustzijn groter wordt, kun je ook signalen bij anderen leren zien en die kennis inzetten. Als iemand onverschillig is, zijn we geneigd om ze ‘wakker’ te schudden. Maar als je weet dat ze bevroren zijn, kun je je richten op ‘helpen ontdooien’. Zodat je daarna diens hart kunt bereiken. Bijvoorbeeld in klimaatgesprekken.
Stap 2: Bevrijd en ontlaad je bevroren vecht/vlucht kracht
Hier bestaan specifieke somatische oefeningen voor. ‘Somatisch’ betekent werken met wat het lichaam onthoudt en opslaat aan emoties en reacties. Waar je niet altijd bewuste herinnering aan hebt.
Somatische lichaamsoefeningen zijn relatief nieuw en komen uit de trauma psychologie. Gabor Maté, Peter Levine en Bessel van der Kolk zijn de pioniers in dit veld. Zij ontdekten dat bevriezen eigenlijk niks anders is dan het vast zetten in je lichaam van een enorme vecht/vlucht kracht die je op dat moment niet kunt uiten.
In het dierenrijk kun je dat goed zien. Dan wordt een impala gevangen door een leeuw en lijkt dood. Om ineens explosief weg te springen als de leeuw los laat. Mensen kunnen dat ook. Maar bij abstracte dreiging zoals het klimaat, blijft de actie-energie bevroren.
Doe je een somatische oefening, dan kom je uit de bevroren toestand. Dan trilt in je lichaam – net als bij de impala – een dierlijke ‘vecht/vlucht’ kracht los. Die energie wil jouw lichaam ontladen door ook echt te rennen of te vechten. De verleiding kan dan groot zijn om die vechtkracht te richten op de overheid, het bedrijfsleven, op de ‘ander’ die macht of geld heeft. En het heeft zeker waarde om die woede zo te richten. Want daar moet veel veranderen.
Maar op den duur put je jezelf met vechten uit. Als je vanuit liefde samen met anderen wilt creëren, is het beter om de vrijgekomen energie te kanaliseren in vecht/ren sport. En daarna je zenuwstelsel richting verbindingsmodus te brengen. Via (co)regulatie.
Stap 3: Van vechten en vluchten naar verbinding
Na ontlading van woede of angst, doe je verbindingsoefeningen: waarbij je je eigen adem, hartslag, spierspanning en lichaamstemperatuur synchroniseert met die van een ander.
Voorbeelden zijn oefeningen in tweetallen waarin je lichamen en huid contact maken: een dans waarin je samen één beweging maakt. Beurtelings leunen zoals een angstig kind bij een ouder; of rug aan rug bewegen, leunen en ademen.
Heb je niemand om dat mee te doen, dan kan samen zingen in een koor helpen om je adem en hartslag te synchroniseren. De natuur kan je daarbij ondersteunen: Een bosbad op blote voeten; zwemmen in zee, synchroniseren met de elementen, helpen om je verbonden te voelen met de natuur.
Elkaar vasthouden, co-regulatie: volwassenen zijn niet gewend dit samen te doen. Daarom is het zo belangrijk je te omringen met gelijkgestemden. Een groep te vormen die fysiek bij elkaar kan komen en net als jij dezelfde verbetering in de wereld wil maken. Met hen samenwerken en regelmatig co-regulatie oefeningen doen, werkt heel krachtig.
Stap 4: Werk samen met gelijkgestemden en word weefdier
Als jij met je groep samenwerkt, je bewustzijn traint, leert herkennen wanneer vechten/vluchten/bevriezen de dynamiek besmet en oefeningen doet om de onderlinge verbondenheid te herstellen, kun je veel meer klimaatimpact maken. Vanuit deze plek van samenwerken en verbondenheid kunnen we echt wat betekenen voor het klimaat!
Tekst door: Leonie Stekelenburg
Leonie Stekelenburg is spreker; geeft trainingen, 1-op-1- en team begeleiding om je beste bijdrage te leveren aan een betere wereld. Via leiding leren nemen over je zenuwstelsel. Op haar YouTube-kanaal vind je voorbeeld oefeningen die je thuis kunt doen. Wil je meer leren en trainen met dit werk? Ontvang de gratis signaal-herkennings-sheets & doe mee aan gratis ontdooi lessen via zoom. Mail naar: leonie@beingtheweboflife.nl
Iedere week positief geïnspireerd worden in roerige tijden? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en ontvang gratis ons nieuwste e-magazine.