Piet van IJzendoorn is al 42 jaar biodynamisch boer: “Onze bodem is gezonder dan ooit”
Keer op keer zag biologisch-dynamisch boer Piet van IJzendoorn hoeveel het oplevert als je samenwerkt met de natuur. “Iedereen zei tegen ons: zonder kunstmest en pesticiden ga je het op 50 hectare in Flevoland nooit redden. Inmiddels zijn we tientallen mooie oogsten verder en is onze bodem gezonder dan ooit.”
“Mijn ouders hadden in de jaren ’60 een typisch gemengd landbouwbedrijf, met koeien, varkens, kippen, akkerbouw, tuinbouw en fruit. Dat was als kind mijn speelterrein, ik wilde niks liever dan buiten zijn en met mijn vader mee het land op”, vertelt biologisch-dynamisch boer Piet van IJzendoorn. “Op mijn zestiende ging ik vroegtijdig van school, omdat ik thuis en op boerderijen in de buurt wilde meewerken. Waar we begin jaren ’60 nog twee middelen tegen onkruid gebruikten bij tarwe, waren dat er eind jaren ’60 achttien”, herinnert hij. Ook drijfmest zag Piet steeds vaker. “Als dat over de weilanden werd uitgereden, lagen de dag erna overal dode wormen. Dat deed pijn aan mijn boerenhart, dat de aandacht voor het land steeds verder naar de achtergrond verdween.”
Zonnehoeve
Overtuigd dat het anders kan stapt Piet van de trekker en op de trein richting Groningen, om aan de HAS Milieukunde te gaan studeren. Na zijn opleiding komt hij als docent bij Warmonderhof terecht, de landbouwschool voor biologisch-dynamische landbouw, maar na een tijdje begint het te kriebelen. Hij besluit terug te keren naar het land, dit keer om de biologisch-dynamische boerderij Zonnehoeve te starten. “In Flevoland vonden we een stuk grond van 50 hectare. Toen we daar in december 1981 aankwamen leek het wel een poolvlakte: er stond geen huis, geen boom, helemaal niks”, herinnert Piet. Sowieso was het voor hem en Marja met drie kleine kinderen, als jonge biologisch-dynamische boerenfamilie tussen allemaal reguliere boeren, best spannend. “We kwamen voor geen enkele subsidie of regeling in aanmerking en iedereen verklaarde ons voor gek, omdat we zonder krachtvoer, kunstmest en pesticiden wilden werken.”
“Biologisch-dynamische landbouw gaat over met de natuur mee boeren. Daar is niks zweverigs aan”
800.000 kilo kunstmest
“Het belangrijkste kenmerk van biologisch-dynamische landbouw is dat je werkt vanuit wat er in de natuur mogelijk is, in plaats van dat je jouw wil oplegt aan het land”, vertelt Piet. “Vaak wordt het weggezet als iets zweverigs, omdat de stand van de zon en de maan de groei- en oogstkalender beïnvloeden, maar de kern is hartstikke down to earth. Namelijk: dat je als boer werkt vanuit de overtuiging dat de natuur ontzettend veel te bieden heeft. En dus dat je de natuur niet moet onderdrukken met allerlei externe inputs, maar juist de ruimte moet geven en moet ondersteunen.”
Dit is niet gemakkelijk, weet Piet, omdat de agro-industrie je aan alle kanten probeert te overtuigen dat kunstmest en pesticiden onmisbaar zijn. “Toen we begonnen was onze bodem bijvoorbeeld extreem fosfaatarm, dus zeiden alle adviseurs – inclusief de biologische – dat we kunstmest moesten aanvoeren, omdat er anders niks uit de grond zou komen. Vervolgens ben ik naar Wageningen gegaan en heb ik met een aantal onderzoekers gekeken hoe we de tekorten met bodembedekkers en gewassen konden aanvullen”, vertelt hij. “In 1984 zijn bodemmonsters genomen, ook bij onze buren, en dat onderzoek is vijf jaar geleden herhaald. De tekorten zijn niet alleen verdwenen, maar uit de kassen-proef bleek tevens dat gewassen op onze grond een stuk beter groeien dan op andere gronden.”
“Dát is die biologisch-dynamische visie”, benadrukt Piet, “dat je ervan uitgaat dat het bodemleven slim genoeg is om disbalansen op te lossen en gewassen groot te brengen. In één eetlepel grond zitten zeven miljard micro-organismen, die zijn prima in staat om dat werk te doen. Eigenlijk is het te gek voor woorden, want als ik niet naar mijn eigen gevoel, maar naar de adviseurs had geluisterd, hadden we de afgelopen veertig jaar zo’n 800.000 kilo kunstmest gebruikt, helemaal voor niks.”
“De grootste transitie die in de landbouw moet plaatsvinden is een mentale transitie”
Mentale transitie
Op Zonnehoeve staat de veehouderij in dienst van de akkerbouw, dus de koeien eten het kruidenrijke gras en de mest die ze produceren dient als basis voor de bodemvruchtbaarheid. Naast akkerbouw en veeteelt heeft de biologisch-dynamisch gecertificeerde boerderij ook een tuinderij, manege, pensionstal, zorgtak én eigen bakkerij. “Eigenlijk is de grootste transitie die in de landbouw moet plaatsvinden een mentale transitie, die gaat over hoe je landbouw ‘hoort’ te bedrijven”, zegt Piet hierover. “We moeten de verbinding met het land, de bodem, de gewassen en de lokale gemeenschap weer opzoeken, in plaats van de wil van de agro-industrie te volgen. Dan kom je tot hele verrassende resultaten.”
We Are the Regeneration
Dit is een ingekorte en aangepaste versie van dit verhaal. De originele versie vind je op We Are the Regeneration: hét platform over regeneratieve landbouw. Op hun website vind je onder andere verhalen over regeneratieve pioniers en een kaart vol regeneratieve boeren en tuinders.
Fotograaf: Gabriela Hengeveld voor We Are The Regeneration
Oorspronkelijk gepubliceerd op 6 juli 2023. Laatste update: 21 februari 2024