Transformatie hangt in de lucht
Wintertijd in de Afrikaanse bush. Waterpoelen en modderpoelen staan droog. De grote rivier, de kostbare levensader, is ver van hier en buiten het bereik van de meeste dieren. Bomen zien er levenloos uit terwijl ze vol verwachting wachten op de eerste zomerregens. Regen die laat is. Er gloort hoop en verandering, maar de dieren zijn lusteloos en op hun hoede.Transformatie hangt in de lucht.
Langs een kleine zanderige rivierbedding, diep in dit droge landschap, rust een grote oude olifantenstier in de schaduw van een vijgenboom. Hij staat onbeweeglijk, zijn lange borstelige wimpers hangen naar beneden. Alleen zijn oren bewegen langzaam en regelmatig om de dunne huid aan de onderkant van zijn leerachtige oren af te koelen. In de rivierbedding zijn talloze gaten te zien die de olifant in het zand heeft gegraven. Vanuit de bodem druppelt koel water de verschillende poelen in. Een troep bavianen komt naderbij om hier te drinken, net als een troep kleine dwergmangoesten en verschillende vogels. Eerder waren hier zebra’s, gnoes en bosbokken.
“Olifanten zijn de ambassadeurs van diversiteit”
Aan de sporen in het zand te zien, heeft hier gisterenavond een leeuw gedronken. Zwermen insecten worden aangetrokken door het nieuwe water. De rivierbedding wordt een bijenkorf van bedrijvigheid. Dit is de ecologische impact van olifanten, de grijze grote landschapsarchitecten. Zij bieden talloze zoogdieren, vogels, reptielen, insecten en planten niet alleen water aan, maar ook een nieuwe leefomgeving met perspectief. Olifanten zijn de ambassadeurs van diversiteit.
Reset
De olifantenstier is de hoofdpersoon van dit verhaal. Een verhaal over hoe deze opmerkelijke dieren – de grootste landzoogdieren ter wereld – ons aanmoedigen om anders naar de natuur te kijken en naar onze onderlinge verbondenheid. Zij laten ons zien dat we onze ideeën over hoe de natuur functioneert moeten bijstellen en gaan inzien dat de mensheid intrinsiek afhankelijk is van onderlinge verbindingen en de wetten van de ecologie. Dit inzicht is noodzakelijk voor onze toekomst, of we het nu leuk vinden of niet.
Na een tijdje dwaalt de stier het pad af. Pauzerend bij een tien meter hoge marulaboom laat de stier het puntje van zijn slurf over de grond zweven en ruikt hij de voedingsstoffen die in de aarde verborgen zijn. In de winter, wanneer de bomen gestrest zijn, worden reservevoedingsstoffen en groei-energie onder de grond opgeslagen in hun wortelsysteem. Het is een veilige opslagplaats waar deze essentiële voedingsstoffen verborgen blijven. Als de regen komt, worden ze de boom ingezogen en leveren ze voedsel voor een nieuwe levenscyclus.
De stier komt in actie. Wat volgt is een indrukwekkend vertoon van kracht en precisie. Terwijl hij zijn voorhoofd en gekrulde slurf tegen de marula laat rusten, begint de olifant langzaam heen en weer te schudden. De boom begint hevig te slingeren en een laatste goed getimede duw is voldoende. Met een luide KRAK! breekt de enorme marula en stort neer op de grond. En daarmee komt het wortelsysteem, de essentiële kluis aan voedingsstoffen, bloot te liggen. De olifant begint de wortels te splijten en te breken en kauwt vervolgens urenlang luidruchtig en tevreden.
Intelligent
Op het eerste gezicht is dit een destructieve daad van de olifant. De vernietiging van de prachtige boom is dan ook moeilijk om aan te zien. Omwille van wat wortels zal de boom afsterven en spoedig gereduceerd worden tot een stapel rottende takken. Daarmee gaat een iconisch fruitdragend en schaduwgevend wezen verloren, een oriëntatiepunt voor veel dieren. We kunnen de dode boom interpreteren in termen van tekort, schaarste of misschien wel een verlies van perspectief voor andere dieren. Een deur die dichtgaat. De olifant interpreteren we daarom als tegenstander, als dreiging en als probleem dat we dienen te ‘repareren’.
Metaforisch gezien staat de boom voor een bron die we kunnen uitnutten voor ons eigen voordeel: fruit en voedingsstoffen in termen van financiën, schaduw in termen van comfort en aanwezigheid in het landschap in termen van vertrouwdheid. Dit zijn tastbare voordelen van de boom.
Maar stel nu dat het doden van de boom door de olifant wel normaal en ecologisch intelligent is… Hoe kunnen we dit interpreteren als we hier anders tegenaan kijken?
Wat gebeurt er als de boom dood gaat? De rottende takken vallen langzaam uiteen op de grond, waardoor de chemie, temperatuur en vochtigheid van de grond radicaal veranderen. Deze kwaliteit stimuleert grassen en planten om er zich te vestigen, waardoor erosie en bodemverlies wordt voorkomen. Dit stuk land wordt dan een zaadbank voor de grasoogst van volgend jaar en een toevluchtsoord voor knaagdieren, eekhoorns, vogels, reptielen, insecten en planten. Termieten en schimmels – de verborgen ecologische helden – profiteren van het rottende hout en verbeteren zo de bodemvruchtbaarheid. Met andere woorden, de soortendiversiteit neemt exponentieel toe, wat leidt tot een mozaïekeffect van kansen en overvloed. Hoe diverser een ecosysteem hoe productiever het wordt en hoe veerkrachtiger het zich kan aanpassen aan de omstandigheden.
Moderne samenleving
Wanneer we het verhaal van de olifant en de marulaboom nu bekijken door de lens van onderlinge verbondenheid en ecologische intelligentie, krijgen we een andere uitkomst: wat destructie leek, blijkt een bakermat van ongekende levendigheid.
Hoe relevant is dit in de moderne samenleving?
De principes van de ecologie zorgen voor een circulaire stroom van energie. Van de producent (marulaboom) naar de consument (olifant) en vervolgens keren de verteerde resten van de boom weer terug de bodem in, waardoor de bron weer wordt gevoed.
De principes van de ecologie zorgen voor een circulaire stroom van energie
In moderne/zakelijke levensstijlen is de stroom van energie en consumptie echter lineair. De producent gaat uit van een schijnbaar eindeloze stoet dwangmatige consumenten, waarbij elke transactie wordt gemotiveerd door persoonlijk gewin op korte termijn. Doel is maximale winst. Er wordt weinig nagedacht over het grotere geheel, de voordelen van een gezond ecosysteem en nog minder over het voeden van de bron. Dan worden we op een dag wakker en vragen ons waarom de bron is drooggevallen, waar we ons geld toch eigenlijk in hebben geïnvesteerd, hoe het mogelijk is dat er geen schone lucht en schoon water meer is. Als het te laat is, vragen we ons af waar onze levensbron toch is gebleven?
Onderlinge verbondenheid
De oeroude wet van onderlinge verbondenheid leert dat impact altijd onvermijdelijk is. Niets bestaat op zichzelf. Het simpele feit dat we leven en bewust zijn, betekent dat we impact hebben op onze omgeving. De gevolgen van onze impact zijn echter altijd onze eigen keuze en verantwoordelijkheid. Net zoals we naar natuurlijke hulpbronnen verwijzen in termen van materiële activa – zoals water, bodem, bossen of lucht – zijn er ook immateriële activa die onzichtbaar zijn, maar wel van levensbelang. Denk aan deugden als mededogen, empathie, matigheid, bewust leven en tolerantie. Deze deugden zijn de immateriële hulpbronnen die we als vanzelfsprekend beschouwen, maar ondertussen eroderen ze sneller dan onze bossen en graslanden.
“Deugden eroderen sneller dan onze bossen”
Deze hulpbronnen zijn van fundamenteel belang om de diversiteit van onze gemeenschap in stand te houden ofwel de ecosystemen waarin we leven. Het potentieel van mogelijkheden in onze samenleving hangt af van de diversiteit van de mensen die er wonen en het vermogen om gedachten, ideeën, inspiraties en innovaties uit te wisselen. Dit is de basiswet die zorgt voor de gezondheid van ecosystemen.
Eigen verhaal
Elk dier en elke plant heeft zijn eigen verhaal, net zoals ieder mens een eigen verhaal heeft. De verhalen worden geschreven in de omgeving die ons definieert. De verhalen van dieren, planten, vogels, insecten, de regen en de aarde zijn verbonden met onze verhalen. Ze kunnen niet gescheiden worden, delen een gemeenschappelijk lot.
“Elk dier en elke plant heeft zijn eigen verhaal”
We kunnen veel leren van de olifant en de marulaboom. Als we ons bewust zijn van de onderlinge verbinding, zien we hoe de hulpbron zich exponentieel vermenigvuldigt. Het is een partnership dat overvloed en schaarste en vraag en aanbod creëert. Dit voorbeeld leert ons dat we ecologische intelligentie en nederigheid in ons leven dienen te integreren en dat we natuurlijke ecosystemen moeten gaan zien voor wat ze zijn: een levend organisme waar we volledig afhankelijk van zijn.
Transformatie
De grote olifantenstier keert zich om en slentert langzaam weg. Hij passeert een marulabos waarvan de bomen in het verleden zijn ontkiemd door de activiteiten van zijn voorouders. Zij hebben het destijds mogelijk gemaakt dat hier nu jonge bomen groeien: mopanes, knobbeldoorns, koortsbomen, winterdoorns en de jakhalsbes. Bossen en olifanten leven hier al eeuwen in harmonie. Terwijl de rode gloed van de zonsondergang vervaagt in de stoffige horizon verdwijnt de olifantenstier uit het zicht. Kort daarna draait de wind en brengt de bries de geur van regen met zich mee.
Transformatie hangt in de lucht.
Allan McSmith is ruim dertig jaar wildernisgids en natuurbeschermer. In de wildernis laat hij het belang en de betekenis van natuur diep ervaren, evenals de urgentie om ons natuurlijk erfgoed te behouden en te herstellen. Alan is tevens een inspirerend spreker en auteur. Meer informatie:www.alanmcmsmith.com
Voor het New Financial Magazine schrijft Alan al sinds 2008 over zijn wilderniservaringen. De meest impactvolle verhalen verschijnen (bewerkt en ingekort) op MaatschapWij.
Dit is een bewerking van het artikel dat verscheen in de lente-editie 2023. Vertaling Willem Vreeswijk.