
Afdalen in de diepte
Al enige tijd neem ik jullie in mijn blogs mee op reis, op zoek naar de Bron. Ik schreef over boze woorden en valse goden, over de zoektocht naar wat en wie je in wezen bent. Het vraagt wel wat van je. Het vraagt je om houvasten achter je te laten. Om dat te doen, die keuze te maken, heb je wilskracht nodig. In mijn vorige blog vertelde ik iets over de reis naar binnen, het persoonlijke pad en gaf ik tips voor zelfonderzoek. Nu dalen we af in de diepte.
Houvasten verdwijnen als je omgeving verandert, als je op reis gaat, zoals de reis op zee. Daar zijn we opnieuw, we gaan terug naar het water. De zee is weids is en diep. Ze draagt ons als we ons durven te laten dragen, durven te laten leiden. Dan opent de diepte zich. Flarden verdrongen herinneringen komen tevoorschijn, emoties die we ver weg stopten. Ze verschijnen als de macht van de ego-persoonlijkheid en het superego uitdunt.
Verdringen
Verdringen is wijs. Verdringen maakt het voor de ego-persoonlijkheid mogelijk om door te groeien, om een min of meer stabiel leven op te bouwen, een basis waarop we verder kunnen groeien. Verdringen gebeurt instinctmatig. We bedenken meestal niet dat we iets het beste maar kunnen vergeten. Het is een reflex. We schrikken van een boze opmerking, iets in ons trekt samen, de adem stokt. Als dat zich herhaalt, soms zomaar, zonder enige reden, dan schrikken we opnieuw en nog een keer en die schrik zit in ons lijf, in spieren, bindweefsel, in de adem die oppervlakkiger wordt. We worden bang en er is verdriet. We proberen ons te verstoppen, onze gevoelens verdwijnen naar de achtergrond.
“Schrik zit in ons lijf, in spieren, bindweefsel, in de adem die oppervlakkiger wordt”
Ik werd een pleaser uit zelfbescherming. Als ik hard werkte, goed voor mijn zusjes en broertjes zorgde, niet teveel vroeg, vooral niet huilde of klaagde, geen vragen stelde of behoeften uitte, dan was ik veilig. Mijn schouders trokken zich op, mijn rug kromde zich, ik hield mijn buik in. Tijdens een van de eerste weekenden van mijn opleiding tot biodynamische lichaamswerktherapeut lazen we elkaars lichaam. In mijn rug was helemaal geen ademhaling meer te zien. Alles was verstard.
Het gekwetste kind
De meesten onder ons dragen diep van binnen een gekwetst kind. Waar onze tranen zitten, en hoe snel die naar boven komen, verschilt van persoon tot persoon. Als ze dichtbij zitten, er zomaar zijn, noemen we onszelf al gemakkelijk een huilebalk. Ze komen ook vaak onverwacht, als we in een situatie zitten waar we ineens iets van hulpeloosheid voelen.
Mij overkwam het een jaar geleden in een werksituatie nog. Ik moest een training geven in een gebouw waarvoor ik niet eerder was, niemand aanwezig was, en ik ook geen sleutel had. De toegang ging via een code die ik via een telefoonnummer kon opvragen. En het was de eerste keer dat ik die training gaf aan een groep mij onbekende mensen. Een diep gevoel van hulpeloosheid overviel me. Ik vond het gênant, en tegelijkertijd realiseerde ik me hoe diep het verdriet nog zit, het aan mezelf overgelaten zijn en maar te zien hoe ik me redde. In het Engels is daar een woord voor precoscious. Wij kennen in het Nederlands vroegwijs, maar het is geen wijsheid; het betekent dat er taken aan je worden opgelegd waar je nog te jong en te klein voor bent.
“Vroegwijs betekent dat er taken aan je worden opgelegd waar je nog te jong en te klein voor bent”
Anderen hebben hun tranen goed verdrongen, leven vanuit hun hoofd of hun verontwaardiging, hun woede. Dat kind is zo diep gekwetst, zo intens in de steek gelaten dat ze wel drie keer nadenken voordat ze dat nog willen ontmoeten.
Vernedering
Daar sta je voor je ouders, je hebt hulp nodig, troost, liefde en er wordt om je gelachen. Of je vader wordt boos, wat sta je daar te dralen… De diepste kwetsbaarheid ligt rond je tweede/derde levensjaar. Je vindt jezelf heel wat: leert staan en vol trots loop je rond, hier ben je, je verkent de wereld, bent er ‘heer en meester’, tot je ontdekt dat je nog steeds in het autostoeltje moet of in de buggy, ook als je dat niet wilt. Plotseling ben je niet groot, maar klein en overgeleverd aan een wil die sterker is dan de jouwe. En als je dan wordt uitgelachten, genegeerd, er iemand boos op je wordt… In deze periode ben je als kind ongelooflijk kwetsbaar en zeer gevoelig voor afwijzing die voelt als een vernedering. Een diep hulpeloos gevoel. Met dat kind wil je niets meer te maken hebben… Juist dat kind heeft jouw hulp, steun, aandacht nodig. Geen herhaling van de afwijzing.
“De diepste kwetsbaarheid ligt rond je tweede/derde levensjaar”
Er is iets groters dat ons hier helpt… we zijn op het schip dat ons draagt, liggen op zachte moedergolven die ons wiegen, golven die ons dieper brengen, diep in ons zenuwstelsel, golven die kalmeren, waar je kunt huilen omdat er begrip is, en als er begrip is, is er troost. Als we dat gekwetste kind kunnen begrijpen, kunnen omarmen…
Compassie
Mededogen is een kwaliteit van Essentie. Als het verdriet kan stromen, als we erbij kunnen zijn, komt er mededogen en mededogen is wat het verdriet nodig heeft. Mededogen troost.
Dit vraagt wel de aanwezigheid van jezelf als volwassene; hier zijn er twee: jij als volwassene en het innerlijke kind. Soms vloeien ze samen maar vergeet als volwassene niet je ruggengraat, je verticaliteit.
Als je overvallen wordt door verdriet, of voelt dat er verdriet opwelt, realiseer je je dan dat je dat kind niet meer bent. En tegelijkertijd is het er, het is hier. Het heeft jou nodig. De relatie met het innerlijke kind (er kunnen er meer zijn, verschillende innerlijke kinderen van verschillende leeftijden) is kostbaar.
“De relatie met je innerlijke kind is kostbaar”
Kijk allereerst of het kind weet dat jij er bent, dat je bestaat. Neem de tijd om eenvoudigweg naar hem of haar te kijken, te voelen welke verbinding er is. Dwing niets af. Je mag wel duidelijk zijn, het kind laten weten dat jij er bent, dat je contact wil. Volg je intuïtie. Dit proces verloopt bij iedereen anders. En niemand anders kan het kind beter troosten dan jijzelf!
Ervaren
Neem de tijd om goed te gaan zitten, te gronden en je aandacht te richten op je verticaliteit. Adem dan een paar keer diep in en uit.
Voel jezelf verbonden tussen hemel en aarde, dit is waar je bent nu, in dit moment.
Voel je ruggengraat.
Hier ben je, zelf, in het nu. Misschien ervaar je iets van tijdloosheid.
Ervaar je ergens spanning, adem er naartoe.
Stel je jezelf voor op een schip, op de zacht deinende golven
Om je heen is het stil, de golven wiegen je
Denk aan jezelf als kind, is het jongetje of meisje in je buurt?
Wat zie je, wat doet het, zegt het iets
Ziet het jou of kijkt het de andere kant uit
Wat wil je het laten weten
Volg wat er gebeurt, misschien kijkt het alleen maar, of kun je het in je armen nemen
Laat de beelden komen en maak ze zo helder mogelijk.
Op je eigen tijd rond je het af.
Maak eventueel wat notities en kijk hoe het verder gaat…
De gehele oefening is ook te beluisteren als podcast:
Tekst, headerbeeld en podcast door: Lenie van Schie.
Lenie van Schie is auteur, spiritueel coach en GZ-psycholoog. Haar derde boek Langs de weg van het hart kwam in 2021 uit bij uitgeverij Samsara. Eerder schreef Lenie een gastblog over waarom we voor verandering in de samenleving niet alleen actie in onze buitenwereld, maar ook in onze binnenwereld nodig hebben.
Op zoek naar meer blikverruimende verhalen? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief, dan mis je niks.


